Accu auto

Hoe herkent u het uitvallen van de accu

Het controleren van de accu moet beginnen met een visuele inspectie. Om dit te doen, moet u toegang hebben tot het binnenste gedeelte waar de platen zich bevinden. Hiervoor moet u de speciale dop in het bovenblad verwijderen. Om te beginnen, bekijk de kleur van de elektrolytvloeistof. De vloeistof moet transparant zijn. Als het donker of rood getint is, geeft dit aan dat de platen van de accu beschadigd zijn. Zo’n onderdeel moet vervangen worden. Daarna, controleer of de elektrolytvloeistof voldoende aanwezig is: alle platen van de accu moeten volledig ondergedompeld in vloeistof zijn. Als het niveau van de vloeistof onvoldoende is, moet u deze bijvullen.

Vervolgens, controleer het niveau van de accu. Dit kan worden gedaan met een Voltage meter of een multimeter. De normale waarde is 12.5 tot 13 Volt. De bovenste limiet geeft aan dat de accu volledig is opgeladen, de laagste limiet geeft aan dat de accu half ontladen is. Het Voltage van een volledig opgeladen accu moet tussen de 13.5 en 14 Volt zijn. Als deze lager is, kan het zijn dat de dynamo van de auto stuk is.

U kunt herkennen dat de accu moet worden nagekeken door deze indicaties:

• Problemen om de motor te starten;
• De accu is snel ontladen;
• De accu trilt meer als de motor draait;
• Onstabiel starten en de motor loopt niet lekker;
• De terminals worden erg warm.

Als u zich houdt aan de voorschriften, gaat het onderdeel 4 jaar mee. Men adviseert om de conditie van de accu bij elke onderhoudsbeurt te controleren.

Redenen voor het uitvallen van de accu

Het gebruik van een auto met een accu die bijna leeg is of als deze voor lange tijd niet gebruikt is, kan ervoor zorgen dat de platen in de accu niet ondergedompeld zijn. In dat geval verschijnen er kristallen aan de oppervlakte van de platen van de accu die niet oplosbaar zijn in de elektrolytvloeistof van de accu. Hierdoor vermindert het bruikbare gebied van de platen van de accu en daardoor verliest de accu capaciteit. Het niet houden aan de regels voor het opladen zorgen ervoor dat dit van de platen afvalt. Dit kan voor kortsluiting zorgen.

Door de blootstelling aan extreem lage temperaturen kan het onderdeel beschadigd raken. Mankementen kunnen zowel visueel zijn (behuizing opgezet of vervormd, scheuren), als verborgen (het verschijnen van hele kleine scheurtjes die niet gezien kunnen worden, maar heeft effect op de kwaliteit van de elektrolytvloeistof en de werking van de accu).

Er niet voor zorgen dat de elektrolytvloeistof op peil is kan voor verschillende mankementen zorgen. Een laag niveau elektrolytvloeistof zorgt voor de beschadiging van de platen, maar ook tot een lekkage door de ventilatiegaten van de accu. Hierdoor kunnen andere onderdelen in de auto stuk gaan. De aanwezigheid van onzuiverheden in de elektrolytvloeistof zorgt er ook voor dat het onderdeel minder lang meegaat.

Het repareren en vervangen van de accu

U kunt zelf de accu vervangen, als dit inhoudt om de elektrolytvloeistof te verversen, de bouten vast te zetten en het schoonmaken van de terminals. In het geval van sulfatie, kortsluiting of het verwisselen van de polen, moet het onderdeel worden vervangen. U kunt dit onderdeel zelf vervangen. Tegelijkertijd adviseert men om de elektronische apparatuur (trip computer, navigatie, radio) van stroom te voorzien van een andere accu. Om die manier zult u niet alle instellingen verliezen.

Het vervangen van de accu gaat als volgt:

1. Haal de sleutel uit de ontsteking en open de motorkap.
2. Maak de bout los.
3. Maak de negatieve pool van de accu los.
4. Verwijder de beschermende kap en maak de positieve pool van de accu los.
5. Als een beugel wordt gebruikt om de accu vast te zetten, verwijder deze.
6. Verwijder de oude accu.
7. Installeer een nieuw exemplaar.
8. Voer bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde uit.